Het hangt natuurlijk af van jouw manier van leren, maar het volgende aantal flashcards zijn redelijke richtlijnen.
Bijvoorbeeld Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Fries, Latijn & Grieks
Gemiddeld 500 tot 1000 kaartjes per taal per jaar. Zeker als je veel idioom moet leren en je gebruikt per woord één kaartje. Hiervoor hebben we speciaal de woordkaartjes ontwikkeld. Dit zijn kleine flashcards die je ook eenvoudig kunt meenemen onderweg.
Gemiddeld 100 tot 150 kaartjes per jaar, als je ze voor literatuur gebruikt (definities leren). Hiervoor worden A7 flashcards het meeste gebruikt. Je kunt ze ook gebruiken voor samenvattingen van boeken voor je lijst en grammatica.
Economie, maatschappijleer, M&O, CKV, kunstgeschiedenis, geschiedenis, aardrijkskunde etc.
Gemiddeld 100 tot 250 kaartjes per jaar in A7 formaat. Gebruik je de kaartjes voor alle definities die je moet leren, dan adviseren wij je om er 200 per vak te bestellen.
In de advocatuur gebruiken onze klanten vaak meer dan 2.000 flashcards per jaar.
Voor geschiedenis en aardrijkskunde worden de blanco A6 flashcards ook vaak gebruikt voor verbanden en samenvattingen.
Wiskunde, natuurkunde, scheikunde en biologie etc.
Gemiddeld 100 tot 250 kaartjes per jaar. Voor wiskunde zul je er minder gebruiken, dit zal rond de 100 zijn. Voor biologie, scheikunde en natuurkunde adviseren we minimaal 200 kaartjes, gezien het grote aantal formules en definities.
Minstens 1500 tot 2000 flashcards per jaar als je ze veel gebruikt voor definities. De studenten die bij ons flashcards bestellen voor geneeskunde en aanverwante cursussen hebben vaak meer dan 2000 flashcards per jaar nodig, als je van deze manier van leren houdt. (En bijna iedereen doet dat).
Inventariseer de hoeveelheid definities die je moet leren. Ga er vanuit dat je één kaartje per stuk gebruikt. De meesten beginnen met een klein pakket (proefpakket) en bouwen daarna de voorraad verder uit. Gemiddeld worden er 500 tot 1000 flashcards per keer besteld.